
George Hendricus Broekhuyzen (1818-1849)
Als zoon van muziekliefhebber Georg Broekhuyzen is het niet verwonderlijk dat hij slechts tien jaar oud al een groot muziekaal talent vertoonde. Hij kreeg zangles van G. Foek en pianoles van Sommer en begon al snel zelf stukken te schrijven.
Toen Broekhuyzen nog maar dertien was schreef hij een cantate naar aanleiding van de Belgische Opstand. Dit jeugdige werk zou in goede aarde vallen. Hierna nam Broekhuyzen theorie- en compositieles van Jan Bertelman.
Het gevolg was een opmerkelijke scheppingsdrang: Broekhuyzen schreef meer dan 70 dansen en balletten voor orkest. En met succes: het ballet ‘De Schoone Slaapster in het Bosch’ zou meer dan 40 keer worden uitgevoerd.
Als zanger was de jongeman geliefd, en hij mocht zelfs voor de koning voorzingen. Helaas was zijn volwassen stem een stuk minder mooi, waardoor Broekhuyzen zich meer op het pianospel zou richten.
Op latere leeftijd verkoos Broekhuyzen in de handel te gaan werken, maar hij bleef ondertussen wel verwoed doorgaan met componeren. Vanaf 1844 werd zijn stijl volwassener en produceerde hij diverse strijkkwartetten en koorwerken. Een strijkkwintet zou onvoltooid blijven.
Het vele werken had helaas tot gevolg dat Broekhuyzen al op 31-jarige leeftijd overleed. De wereld zou een enorm talent mislopen.
Op Youtube zijn de volgende werken te beluisteren:
Concert Ouverture in D voor orkest
Concert Ouverture in Es voor orkest
Ouverture Feest der Nederlanden voor orkest